Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Hij sprak ook [60]van de bomen, van den [61]cederboom af, die op den [62]Libanon is, tot op den [63]hysop, die aan den wand uitwast; hij sprak ook van het vee, en van het gevogelte, en van de kruipende [dieren], en van de vissen. 60. De schriften hiervan zijn nu niet voorhanden, en dat zonder vermindering der Heilige Schrift of nadeel van onze zaligheid. 61. Zie Richt.9:15. 62. Een kostelijk gebergte, gelegen aan de noordpale van Palestina. Zie Deut.3:25, en Deut.11:24; Joz.9:1; Ps.92:13; Jes.35:2. 63. Het Hebreeuwse woord ezob hebben de Griekse overzetters hyssopus overgezet, ewlk woord de apostel behoudt, Hebr.9:19, hoewel enigen hetzelve houden voor wilde majolein, anderen voor bonenkruid, of hofkumme, anderen voor rozemarijn of parietaria; dat is, muurkruid, glaskruid, mos. Zodat hetonzeker is wat het bij de ouden voor een kruid geweest is. Zie Ex.12:22. --------------------